Wanneer Gunnar Huttunen, een exentriekeling met een mysterieus verleden, aankomt in een klein dorpje in het noorden van Finland om er een verwaarloosde molen te herstellen, zijn de inwoners op hun hoede. Maar als blijkt dat hij een goede molenaar is, wordt hij vlug aanvaard. De dorpelingen mogen hem graag, tot ze zijn afwijking ontdekken: de neiging af en toe te huilen als een wolf. De situatie van de molenaar loopt snel uit de hand. Gunnar wordt uit de kleingeestige samenleving verstoten, belandt in een 'gekkenhuis' maar kan ontsnappen en duikt onder in de Finse natuur. De dorpelingen worden zijn cipiers en het bos zijn gevangenis. Gunnar, een molenaar zonder molen, wordt gedwongen de levensstijl van een kluizenaar aan te nemen. Alleen de liefde van zijn leven en de plaatselijke dronkaard staan hem bij. Kan hij overleven? En hoe? Het verhaal lijkt eenvoudig en simplistisch maar is bijzonder genuanceerd. Want doorheen de humor sijpelt een flinke dosis kritiek over hypocrisie, intolerantie en wandaden van een dorpsgemeenschap ten opzichte van zij die 'anders' zijn. Hoe tolerant is een samenleving in een wereld die ook de onze is, wie beslist er wat 'anders zijn ' is, wat is de aanvaardbare sociale norm, wat zijn de grenzen van vrijheid... het zijn allemaal thema's die we in deze bijzonder scherpzinnige en tijdloze roman terugvinden.
|